Wat is er aan de hand?
Elke vier jaar bekijkt de gemeente opnieuw aan welke culturele instellingen of activiteiten zij subsidie zal geven*. Dat subsidiepotje is natuurlijk niet eindeloos, dus daarbij moeten keuzes gemaakt worden. Als gemeenteraad hebben wij vastgesteld welke voorwaarden we willen gebruiken voor het toekennen van subsidie. Vervolgens heeft een externe commissie aan die hand van die voorwaarden een advies opgesteld voor de verdeling van het geld. En helaas vallen in dat advies een aantal culturele activiteiten, waaronder gerenommeerde zoals het Nederlands Filmfestival en Tweetakt, buiten de boot.
Moeten we dat soort bekende, veel bezochte festivals in Utrecht niet juist blijven financieren?
Kijk, het liefste zou ik natuurlijk zoveel mogelijk culturele instellingen, festivals en activiteiten in de stad behouden en verder stimuleren. Kunst en cultuur zijn superbelangrijk voor Utrecht en voor veel mensen in onze stad. Maar op het moment dat er keuzes gemaakt moeten worden, is het belangrijk niet alleen te kijken naar wat er al is, maar ook naar wat nieuwe activiteiten misschien kunnen brengen. Overigens een heel moeilijke afweging en ik ben blij dat de commissie zich daar zo zorgvuldig over heeft gebogen.
Waarom kiest de gemeente niet zelf aan wie ze de subsidies toekent?
We kiezen zelf wat we belangrijk vinden bij het toekennen van de subsidies. Wij maken de criteria en de kaders. Eigenlijk vind ik het wel goed dat er daarna een externe, neutrale commissie mee aan de slag gaat. Dat maakt het advies onafhankelijk van allerlei gelobby en politiek gekleurde opvattingen. En dan kan ik me daarna ook nog vrij bewegen in het culturele veld van Utrecht.
Er zitten festivals en instellingen bij die heel waardevol zijn voor de stad. Kan GroenLinks daar nog iets voor betekenen?
Inmiddels is het advies van de commissie overgenomen door de gemeenteraad. De verdeling van deze subsidies staat dus vast. Wel heb ik goede hoop dat juist die grote, gerenommeerde festivals alternatieve bronnen van financiering aan weten te boren. Zo is bijvoorbeeld bekend geworden dat het Nederlands Filmfestival en Tweetakt wél subsidie van de landelijke overheid blijven ontvangen. Maar het blijft natuurlijk zuur voor hen dat ze van de gemeente deze keer geen geld krijgen. En ik raak hen niet graag kwijt.
Wat betekent dit voor cultuur in Utrecht?
Gelukkig blijft cultuur een grote rol spelen in Utrecht. Let wel, er zijn ook heel veel instellingen die wél subsidie hebben gekregen. In totaal is ruim 18 miljoen euro aan subsidie verdeeld. Daar zal veel moois voor gedaan worden. Wij willen kunst, cultuur en muziek vooral bereikbaar houden voor mensen die het niet zo makkelijk kunnen betalen. Overigens probeer ik op dit moment ook de subsidies voor amateurkunst te behouden, voor nu en voor de toekomst. Dat staat los van dit budget, maar is wat mij betreft minstens zo belangrijk. Kunst en cultuur hebben Utrecht heel wat te bieden. Kunst geeft het leven zin; biedt troost, plezier, maatschappijkritiek en geeft verbinding. Ik blijf me dus inzetten voor zo veel mogelijk veelzijdige, avontuurlijke, mooie, prikkelende cultuur in onze stad. Het liefst vanaf zo jong mogelijke leeftijd, om mensen te leren met een open blik te kijken, naar elkaar en naar de wereld.
* Dit is een vierjaarlijkse subsidie die valt onder de Cultuurnota en wordt gebruikt door allerlei culturele stichtingen en festivals. De subsidie die de gemeente geeft aan de zogenaamde “grote drie” (Stadsschouwburg, TivoliVredenburg en het Centraal Museum) staat hier los van. Ook amateurkunst wordt niet vanuit deze pot maar vanuit de reguliere begroting gesubsidieerd.