Een van de mooie dingen van het raadslidmaatschap is dat je zoveel te weten komt over wat er allemaal speelt in je eigen stad. Zo is er een gebouw waar ik eerst gedachteloos langsfietste, terwijl ik nu weet dat er achter die deur een maatschappelijke opvang zit. Als ik vanaf mijn werk naar het Merwedeterrein kijk, dan zie ik hoe daar de Nieuwe Defensie vorm krijgt. En van een plek als Papendorp weet ik nu wat voor mooie duurzame plannen er in het verschiet liggen. Nóg leuker is het om soms langs een plek te wandelen en je te beseffen dat je daar zelf, al is het maar een klein beetje, iets aan hebt bijgedragen.
Hoe zou het zijn, dacht ik pas, als je door de stad fietst en je bent Lot van Hooijdonk. Dan zie je zo’n beetje op iedere straathoek wel iets waar je je voor hebt ingezet. Al die stromen fietsers door de stad, over brede fietspaden en fietsstraten, zoals op de Voorstraat en de Leidseweg. Al die plekjes waar grauw asfalt is omgetoverd in een groene oase, zoals het Malieblad. De parkeerplekken op het Janskerkhof en de Mariaplaats die zijn verdwenen. De zonnepanelen op de daken, de toekomstige plekken voor windmolens, Rijnenburg dat van groene vlakte kan veranderen in een nieuw Amelisweerd. Hele wijken die autoluw worden aangelegd of die voorsorteren om van het gas af te gaan. Maar ook de kleinere dingen: de bloemen die in de bermen groeien omdat ze niet meer altijd gemaaid worden. De wandelaars die wat vaker een bankje tegenkomen. De visdeurbel. Er zijn weinig plekjes in de stad waar je niet op de een of andere manier de grote groene daadkracht en ambitie van Lot terugziet.
Zulke veranderingen gaan niet zonder slag of stoot, maar als je nu aan mensen vraagt of ze terug willen naar de vorige situatie, dan kijken ze je aan alsof je gek bent. Toch heeft het Lot bergen tijd en tomeloze energie gekost om zoveel gedaan te krijgen, soms behoorlijk tegen de stroom in. Dat die energie na ruim 10 jaar een keer op begint te raken, is niet meer dan logisch. Ik steun Lot dan ook volledig in haar beslissing om het wat rustiger aan te gaan doen de komende tijd en ben haar enorm dankbaar voor alles wat ze voor de stad heeft gedaan. Eén probleem heeft ze wel: écht loskomen van haar werk zal in Utrecht niet gaan lukken. Zodra ze de deur uitgaat, zal ze op elke straathoek worden herinnerd aan haar wethouderschap en aan al het moois dat ze ons stadsie gegeven heeft. Lot, dankjewel!