De tweede generatie niet-westerse allochtonen loopt met succes de achterstanden in. De onderwijsprestaties van Utrechtse leerlingen gaan vooruit. Dat blijkt uit uit de tweede Utrechtse monitor diversiteit en integratie.
Hoewel de onderwijsprestaties vooruit gaan, baart de etnische segregatie binnen het onderwijs volgens het onderzoek zorgen. Daarnaast hebben de meeste Nederlandse jongeren nauwelijks vriendschappen met allochtone Nederlanders. Andersom is dat wel het geval. Utrechters met een niet-westerse herkomst staan bovendien positief tegenover het samenleven van verschillende groepen. Met name Marokkaanse jongeren voelen zich wel vaker gediscrimineerd of niet geaccepteerd door de maatschappij dan andere groepen.
Voor de monitor zijn Utrechters gevraagd naar hun mening over vrouwenemancipatie, de houding ten opzichte van homoseksuelen, gevoelens van discriminatie en het samenleven met Utrechters van verschillende herkomst. Ook moeilijk bereikbare groepen, zoals Utrechters met een niet-westerse herkomst en 75-plussers, zijn gehoord.
Homoseksualiteit
Utrechters staan, met uitzondering van met name Marokkaanse en Turkse jongeren, positiever tegenover homoseksualiteit dan de rest van Nederland. Maar de leefwerelden van autochtonen en allochtonen liggen nog steeds ver uit elkaar. En mensen met een lichamelijke beperking hebben nog altijd problemen met de toegankelijkheid van gebouwen en met vervoer.
Wethouder Van Eijk is desondanks blij met de uitkomsten: ,,Je ziet gelukkig dat bepaalde groepen achterstanden inlopen. Maar we zijn er nog niet en daarom gaan we in volle vaart door met ons programma diversiteit. Bijvoorbeeld met het actieplan ‘Gewoon homo zijn in Utrecht’, de Utrechtse werkgeversalliantie voor diversiteit en met de anti-discriminatie-campagne die dit najaar van start gaat.”
De uitkomsten van de monitor worden gebruikt voor het, waar nodig, aanscherpen van het uitvoeringsprogramma diversiteit en integratie ‘Veelzijdig talent in een betrokken stad’. In 2010 komt de derde monitor diversiteit en integratie uit.
Lees hier meer over het onderzoek.