Nog geen 48 uur nadat de Wet Werk en Bijstand in de Eerste Kamer werd aangescherpt, heeft de gemeenteraad van Utrecht de plaatselijke verordeningen en beleidsregels al aan de nieuwe wetgeving aangepast. Uitgangspunt bij die aanpassingen is dat werkzoekenden worden aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid, maar dat sociaal kwetsbaren worden ontzien.
Zo geldt de maatregel, waarbij uitkeringsgerechtigden vier weken zelf opzoek moeten naar werk alvorens ze een uitkering kunnen ontvangen, niet voor schrijnende gevallen en voor mensen in financiële problemen.
Uitvoeren
De kern van de Utrechtse koers bestaat uit een sociaal vangnet voor mensen die dat nodig hebben, meer eigen verantwoordelijkheid voor uitkeringsgerechtigden en focus op duurzame uitstroom naar werk. “Over een deel van de maatregelen hebben we als gemeente niets te vertellen, die moeten we gewoon uitvoeren, of we er nu blij mee zijn of niet. Maar niets over te vertellen is niet hetzelfde als niets over te zeggen”, vindt GroenLinks raadslid Heleen de Boer. Tijdens de raadsbehandeling pleitte De Boer met succes voor een helder, rechtvaardig sanctiebeleid en voor extra aandacht voor de gevolgen voor de positie van de meest kwetsbare Utrechters.
Zoektermijn
GroenLinks vindt de zoektermijn van vier weken een goed middel voor mensen van wie we dat mogen verlangen. Het past in het vergroten van de eigen verantwoordelijkheid van werkzoekenden. Daarbij is het volgens De Boer wel van groot belang dat er getoetst wordt op broodnood en schrijnende gevallen. Helaas kan dit niet voor alle groepen. De Boer: ”Voor jongeren mogen we deze toets van de wet niet doen en dat vindt GroenLinks erg. Jongeren in financiële problemen of met bijvoorbeeld ernstige psychiatrische problematiek moeten we gewoon wegsturen. Voor mensen van 27 jaar en ouder mogen we wel eigen voorwaarden stellen en dat doen we dan ook.”
Willekeur
Ambtenaren hebben een belangrijk rol in het vaststellen van de uitzonderingen. Eerder werd in de commissie het beeld geschetst dat ambtenaren zelf mogen bepalen of ze bepaalde zaken door de vingers zien. “Dat kan wat GroenLinks betreft absoluut niet. Niet op basis van de verordening, die voor bepaalde gedragingen bepaalde maatregelen voorschrijft, maar ook niet op basis van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, die onder andere stellen dat er geen sprake mag zijn van willekeur”, aldus De Boer.
Sanctiebeleid
Om dit alles in goede banen te leiden zijn er wat GroenLinks betreft twee zaken nodig. Enerzijds een helder, rechtvaardig en proportioneel sanctiebeleid en anderzijds een gemeentelijk apparaat dat dit beleid ook consequent uitvoert. Raadslid Heleen de Boer diende hiervoor een amendement in. “Het beleid was wat ons betreft niet proportioneel. De verplichting om ook bij administratieve overtredingen gelijk 30 procent verlaging op te leggen, is wat ons betreft een te zwaar middel. Daarom zijn we blij met de lagere sanctie van 10 procent voor dit soort lichtere overtredingen." Het amendement werd aangenomen.