Tof Thissen had toestemming voor het inhuren van een externe medewerker tijdens de collegeonderhandeling in 2010. Thissen kreeg zelf als formateur niets betaald, maar vond het wel belangrijk dat hij met iemand kon werken die los stond van Utrecht en partijbelangen. Met name omdat er destijds onderhandeld moest worden over bestuurlijke vernieuwing en personele veranderingen binnen de gemeentelijke organisatie. Dat meldden de onderhandelaars in een gezamenlijke verklaring.
Verklaring onderhandelaars collegeonderhandelingen Utrecht maart/april 2010
Tijdens de collegeonderhandelingen in maart/april 2010 waren ondergetekenden de eerste onderhandelaars namens hun partij. Door Stadspartij Leefbaar Utrecht en de VVD zijn schriftelijke vragen aan het college gesteld over de inhuur van een adviseur door formateur Thissen. Ondergetekenden menen dat de vragen 1, 7 en 8 door het huidige college zouden moeten worden beantwoord en hebben het college gevraagd deze vragen met spoed te beantwoorden. Voor de antwoorden op de overige vragen voelen ondergetekenden zich verantwoordelijk. Met deze gezamenlijke verklaring willen wij bij deze graag de gemeenteraad informeren over onze afwegingen en keuzes.
Als eerste onderhandelaar van de grootste partij, GroenLinks, heeft mevrouw Mos op 9 maart 2010, de lijsttrekkers van PvdA en D66 benaderd over de door GroenLinks gewenste formateur voor een nieuw college. De formateur zou onbezoldigd zijn werk verrichten. Hij zou echter wel een adviseur meenemen die tekstvoorstellen zou kunnen doen en hem ook anderszins zou kunnen adviseren. Die adviseur zou wel betaald moeten worden. Het uurtarief betrof 70 euro per uur exclusief BTW. Daarbij is ons medegedeeld vanuit het toenmalige college dat er voor collegeonderhandelingen een budget beschikbaar is, waaruit ook dit soort kosten betaald kunnen worden. De eerste onderhandelaars van PvdA en D66 hebben hiermee ingestemd en het toenmalige college was geïnformeerd en had geen bezwaar.
De overwegingen om te werken met een onafhankelijke adviseur in het onderhandelingsproces zijn de volgende: in het onderhandelproces was van begin af aan duidelijk dat er een forse opdracht lag om de gemeentelijke organisatie te veranderen, zowel qua cultuur als qua omvang en organisatie. Juist daarvoor is een onafhankelijke frisse blik nodig. De onderhandelaars vonden het om die reden alleszins redelijk dat Tof Thissen, naast inhoudelijke ondersteuning door ambtenaren van de Bestuursdienst en de afdeling Financiën, zich voor het proces liet bijstaan door een onafhankelijk adviseur, die hem kon bijstaan in het scherp opschrijven van de zaken die in Utrecht nodig waren om de organisatie en bestuurscultuur te veranderen.
Wij hebben ons bij het nemen van deze beslissing afgevraagd in hoeverre het logisch is om een extern adviseur in te schakelen, als je juist op externe inhuur wilt bezuinigen. Omwille van het voor elkaar krijgen van een stevig akkoord hebben wij hier als onderhandelaars toch voor gekozen. Juist door dit akkoord zijn we gedrieën de opdracht aangegaan om de organisatie en bestuurscultuur stevig bij te sturen en de inhuur van externen fors in te perken.
Overigens zijn we bij de formatie sober te werk gegaan. Door structureel in het stadhuis te vergaderen, geen dure lunches te regelen, een simpele avondmaaltijd en ter afsluiting en ter waardering van de formateur een lunch buitenshuis. Die lunch na de presentatie van het akkoord is de enige grote kostenpost geweest.
Tot slot willen wij benadrukken dat we door diverse personen en onderdelen van de gemeentelijke organisatie buitengewoon adequaat ondersteund zijn in het hele onderhandelproces.
Marry Mos (GroenLinks), Rinda den Besten (PvdA) en Gerda Oskam (D66)