Vandaag werd in de Raad de milieueffectrapportage (mer) besproken. In de mer is gekeken naar de effecten die de hoogbouw, de Belle van Zuylen heeft op haar omgeving, zoals schaduwwerking, verkeer en parkeren, windhinder en horizonvervuiling. GroenLinks is kritisch over deze effecten. Toch heeft GroenLinks de mer aanvaard, omdat de commissie mer deze effectrapportage kan beoordelen.

De Commissie voor de m.e.r. bemoeit zich niet met de besluitvorming en met politieke afwegingen. Zij waakt wel over de kwaliteit van de milieu-informatie waarop de bestuurders hun besluiten baseren.

GroenLinks heeft de milieueffectrapportage aanvaard zodat het nu mogelijk is dat de commissie Mer de uitgevoerde effectrapportage beoordeeld. We hebben nadrukkelijk vermeld dat de aanvaarding niet betekent dat wij de voorgestelde superhoogbouw aanvaarden, i.e. Belle van Zuylen. Er is namelijk nog veel onbekend met betrekking tot de Belle. Sommige effecten kunnen niet worden uitgewerkt omdat er geen empirische gegevens over bekend zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor de verkeersbewegingen en het parkeren. Maar ook voor de schaduwwerking. Deze hoogbouw is nergens mee te vergelijken en daarom is de schaduwwerking niet beter onderzocht. Het windklimaat is op het maaiveld op veel plekken matig tot slecht.
Deze zogenoemde leemten in kennis komen aan de orde in de vervolgstappen, de belofte van het college is dat ze allemaal worden ingevuld. De besluitvorming over de definitieve invulling van Leidsche Rijn Centrum-noord, en dus ook over de Belle van Zuylen, volgt bij het vaststellen van het bestemmingsplan.

De wethouder wil geen hoogbouweffectrapportage (her) laten opstellen, omdat hij het gebied niet wil opknippen in kleine deeltjes. GroenLinks vindt dat jammer, maar kreeg onvoldoende steun van andere fracties.

Bereikbaarheid
GroenLinks vindt het belangrijk dat bij de beoordeling van de plannen gekeken wordt naar de bereikbaarheid, waarbij een forse nadruk gelegd moet worden op het openbaar vervoer. Dit kan ook, omdat de hoogbouw gepland is vlak bij het nieuwe station Leidsche Rijn.

Volgens het college zal maximaal worden ingezet op het gebruik van het openbaar vervoer.  De status van het station wordt uiteindelijk door externe partijen bepaald, de inzet van de gemeente is een intercitystation. 
De wens van GroenLinks om de het beoogde aantal parkeerplaatsen in de Belle te verlagen, kon niet rekenen op steun van de wethouder. Hij is van mening dat hij zich aan de afspraken in de parkeernota houdt. De 66m2 bruto vloeropppervlakte per parkeerplaats komt voort uit een gemiddelde van de normen die gelden voor de verschillende functies in het gebied.

Duurzaamheid
Voor GroenLinks is duurzaamheid een belangrijke leidraad om dit soort ontwikkelingen te beoordelen. Bij superhoogbouw is het een vraag of een dergelijk gebouw wel duurzaam uitgevoerd kan worden. Het omslagpunt van duurzaamheid in relatie tot hoogbouw is niet te berekenen en niet bekend. De wethouder heeft aangegeven dat de raad er vanuit mag gaan dat er maximaal ingezet wordt op duurzaamheid.

GroenLinks blijft kritisch op de ontwikkelingen in dit deel van de stad.