De 3-30-300 regel is uitgedacht door de in Wageningen opgeleide groen-expert Cecil Konijnendijk van den Bosch, nu directeur van het Nature Based Solutions Institute in Canada. Uitzicht op bomen is volgens hem aantoonbaar goed voor onze mentale gezondheid en welbevinden. Voldoende groen in een wijk zorgt ook voor meer koele plekken, meer sociale interactie en mogelijk minder luchtvervuiling en geluidsoverlast. Tot slot draagt nabijheid van een park waar mensen kunnen recreëren, wandelen en fietsen bij aan hun gezondheid en de leefbaarheid van de stad. “De 3-30-300 regel combineert al die mooie functies van groen in de stad. Wat GroenLinks betreft biedt deze vuistregel een mooie handreiking om onze stad verder mee te vergroenen”, zegt Virginia.

Een halve boom

Het aantal bomen in Utrecht is erg laag in vergelijking met andere gemeenten in Nederland. De stad bungelt onderaan de ranglijst, met slechts een halve boom per inwoner. “Er valt dus nog heel wat te winnen”, zegt Virginia. “Tijdens de lockdowns hebben we allemaal gemerkt hoe fijn het is om buiten in een groene omgeving te recreëren. In sommige parken werd het zelfs veel te druk. Het is belangrijk om ons groen te beschermen en verder uit te breiden.”

Woningnood

De komende jaren moeten fors meer huizen gebouwd worden in Utrecht om de woningnood het hoofd te bieden. GroenLinks vindt het belangrijk dat de woningbouw niet ten koste gaat van het groen. “Sterker nog, er is dan juist méér  groen nodig, want er komen ook meer inwoners bij”, aldus Virginia. Eerder al steunde een meerderheid van de gemeenteraad een voorstel van GroenLinks om voor iedere inwoner een mooie groene plek op maximaal 300 meter afstand te realiseren. “Die 300 hebben we dus al binnen!” lacht Virginia, “nu de 3 en de 30 nog.”