Wat is er aan de hand? 
Er bestaat een groot gebrek aan voorzieningen op het Science Park. 
Er nu nauwelijks cafés en er is geen plek waar je goed boodschappen kan doen. Bovendien is nog een grote bouwput. Met geluidsoverlast en bouwverkeer. Gezellig is anders, laten we maar zeggen. 

En dat is een probleem? 
Ja. Bij zo´n gebrek aan levendigheid wordt het een soort spookbuurt. Je komt buiten de universiteitsgebouwen nauwelijks mensen tegen, dus een praatje zit er niet in. Dat doet iets met het gevoel van de buurt. En dat doet iets met mensen. 

Wat doet dat dan met mensen? 
Het leven wordt kleiner; eenzaamheid en stress komen er veel vaker voor, wel 40% van de studenten die daar wonen hebben er last van. Om van het gevoel van veiligheid nog maar te zwijgen: als je in je eentje over straat loopt in de avond, in zo´n grote omgeving, met niemand om je heen.. dat is beklemmend. Mensen blijven er ook maar kort wonen. 

Aha. En wat gaat GroenLinks hier aan doen? 
Het probleem opnieuw op de kaart zetten, allereerst. Dat lijkt nu te lukken. Wethouder Oosters erkent dat de problemen met de leefbaarheid op het Science Park inderdaad groot zijn. Wij dringen aan op een samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente, Universiteit en bewoners. Ook moet er werk gemaakt worden van creatieve broedplaatsen, pop-up ontmoetingsplaatsen en een buurthuisfunctie. Wij willen dat de gemeente hier voortouw in nemen. 

Als laatste: Het Science Park groeit nog, toch? 
In de omgevingsvisie staat de opgave om nog duizenden woningen bij te bouwen. Dus ja. Als we dat willen laten slagen, moet de gemeente lessen trekken voor de toekomst. Onder het woord leefbaarheid moet dikke streep voor naar de toekomst.